Bij ristorante Il Trionfo wordt ‘la famiglia’ hoog in het vaandel gedragen. Chef Gusti (kort voor Agustino) vertelt maar al te graag de rijke familiegeschiedenis. Zijn grootvaders emigreerden uit Italië om in de Beringse mijnen te komen werken; zijn grootmoeders volgden enkele jaren later. “Echte keukenprinsessen” noemt Gusti hen, “die hier geen pasta konden kopen en die dus zelf moesten maken”. Zijn grootvader langs vaderkant sprak perfect Frans. Naast zijn job als mijnwerker was hij ook vertaler én baatte hij een hotel voor gastarbeiders uit. Zo ontstond de band met en de liefde voor de horeca. In 1974 namen Gusti’s ouders Antonio en Giuseppa de zaak over, maar toen zijn vader ziek werd, verhuisden ze naar Knokke-Heist. Hij genas en het begon al snel te kriebelen een nieuwe horecazaak te openen. Zo startten zij in 1990 Il Trionfo op, toen nog op het Rubensplein.
Hun zoon Gusti moest van zijn ouders eerst studeren, maar zijn liefde voor de horeca was te sterk. Hij hield van het contact met mensen, en zelfs van de vroege en late uren. Toen er een medewerker wegviel in de keuken, startte Gusti in de keuken van Il Trionfo. “Intussen had ik mijn vrouw Ann-Séverine leren kennen, die er gelukkig samen voor wou gaan.” Het resultaat: mama en zoon stonden samen in de keuken en papa en schoondochter in de zaal. Het restaurant is intussen verhuisd naar de huidige locatie in de Paul Parmentierlaan en een aantal jaar geleden nam Gusti de zaak over. Zijn vader en moeder zijn intussen met pensioen, maar werken er nog als flexijobber. En de zoon van Gusti is er jobstudent.
Echt ambacht
De passie voor het vak is hier voelbaar, en die heb je volgens Gusti ook echt nodig. “Mensen vergeten soms dat dit een ambacht is. We snijden alles met het mes, maken zelf onze pasta’s en foccacciabrood, marineren zelf onze zalm, de aardappelgratin krijgt 3 garingen, de salsa laten we tot wel 10 uur pruttelen,… We maken natuurlijk de basissen vooraf, maar heel veel gebeurt à la minute. Onze ingrediënten zijn op en top vers en de Italiaanse producten dragen allemaal het ‘di origine protetta’-label.” Het resultaat? Intense, eerlijke smaken die vaak verrassen, aangezien Gusti de Italiaanse keuken graag een twist geeft met Franse of oosterse invloeden. “Ik wil klanten gerechten laten proberen die ze nog nooit in een Italiaans restaurant geproefd hebben. Het zijn allemaal eigen creaties”, vertelt hij fier.
